Alice Springs en Uluru

10 november 2014 - Alice Springs, Australië

Alice Springs: dag 1: Reptile Center en Royal Flying Doctors

Door mijn vlucht naar Alice Springs in het centrum van Australië ben ik weer terug gegaan in de tijd. Deze keer een volledig uur. Ik snap niet veel van die tijdzones hier. Zeker de half uur correctie vind ik bijzonder vreemd... Nu zitten we dus met 8,5 uur verschil.
Ik ben hier 1,5 dag en daarna vertrek ik voor een 3-daagse tour naar de rots en alle bezienswaardigheden daarrond. Daarjuist bij het inchecken heb ik gehoord dat ik opgehaald wordt op het onmogelijke uur van 5u25. En ja, 's ochtends! Deze namiddag moet ik nog even langs hun kantoor om de laatste betaling te regelen en eventuele vragen te stellen. Bij het rond kijken in de hostel zag ik reclame van het Alice Springs Desert Park. Ik had hier ook al over gelezen in de Lonely planet guide. Het is zowel een park als een dierentuin als een cultureel centrum met informatie over aboriginals. Vanuit de hostel kan ik dit boeken met pick-up en drop off (wat wel handig is aangezien het park een eindje buiten Alice Springs ligt). Doordat ik daar morgen de hele dag ga zijn, ga ik vandaag de weinige attracties in Alice Springs zelf bekijken: het reptielen centrum en de Royal Flying Doctors Service Station. In 1 van de vorige hostels had ik met een Belgisch meisje gesproken dat hier al in Alice Springs geweest was en ze zei dat dat de voornaamste (zoniet de enige) bezienswaardigheden zijn en zelfs samen zijn ze niet dagvullend. Ik heb nu gewoon een namiddag dus dat is ideaal.
Na een late lunch in de hostel ga ik met het plannetje dat ik van de hostel gekregen heb in mijn hand ga ik op weg. Eerst naar het reptielencentrum want daar is om 15u30 een demonstratie. Ik ben nog 40 minuten te vroeg, dus kijk ik eerst al eens rond naar alle dieren: slangen, hagedissen (skinks, geckos, ...), kikkers tot zelfs een grote krokodil. Een van de grotere hagedis-soorten (een goanna) loopt zelfs vrij rond (ze verwittigen iedereen er wel voor dat je moet oppassen waar je loopt, maar je mag de goanna gewoon aaien). Als het tijd is voor de demonstratie blijk ik nog als enige rond te lopen in het centrum, dus krijg ik een privé uitleg en mag ik een bearded water dragon (een soort hagedis), een blue tonged skink en een python vast houden. Die laatste ben ik iets minder comfortabel mee, maar het is toch fijn om die mooie dieren eens te kunnen vast houden en van dichtbij te bekijken. Na nog een beetje rond gekeken te hebben, vertrek ik weer, want ik wil vandaag ook nog de Flying Doctors gaan bezoeken en daar begint rond 4 uur een tour.
Gelukkig is het gewoon aan de overkant van de straat, dus ben ik op tijd om mee te gaan met de tour. De tour blijkt uiteindelijk gewoon een video van 10 minuten te zijn en dan vrije toegang in het museum. Maar het is wel interessant. In de video wordt de geschiedenis uitgelegd van hoe de Flying Doctors begonnen zijn en hoe ze gegroeid zijn tot ze nu 10 basis stations en 63 vliegtuigen hebben doorheen Australië. In de video zijn er ook een paar getuigenissen van mensen die door de flying doctors nog leven. De vluchten die ze doen zijn zowel voor ongevallen als voor dringend vervoer van patiënten tussen of naar een ziekenhuis. Zo is er een getuigenis van een jongen die een levertransplantatie kon krijgen, maar hij moest wel zo snel mogelijk in het ziekenhuis zijn. In het begin vlogen ze alleen in het centrum van Australië, want alles is daar zo afgelegen dat je honderden kilometers moet rijden tot het dichtsbijzijnde ziekenhuis. Door de jaren heen hebben ze hun diensten uitgebreid naar heel Australië. In de outback hebben de meeste boerderijen een landingsstrook, zodat de vliegtuigen heel veel landingsplaatsen hebben en in geval van nood landen ze zelfs gewoon op de wegen (die dan tijdelijk afgesloten worden voor het verkeer). In het museum zijn er modellen van de vliegtuigen van vroeger, een model opstelling met patienten in het vliegtuig en ook een leeg vliegtuig model waar je zelf kan in gaan om eens rond te kijken. Ook staan er modellen van de oude radio's die vroeger gebruikt werden. Vanaf het moment dat die gemaakt werden, was voor veel mensen in de outback hun isolement een beetje doorbroken, want daardoor konden ze ook met hun buren, kilometers verderop communiceren. Voor kleine gevallen konden ze over de radio met een dokter praten. Via een body chart werden zones in het lichaam aangeduidt en zo konden ze beschrijven wat voor soort pijn de patiënt voelt in welke regio. In verschillende gemeenschapscentra hadden de dokters een koffer achter gelaten met allerlei medicijnen en verbanden en voor de kleine gevallen en ziektes werd er gewoon over de radio verwezen naar 1 van de middeltjes en zo konden ze van op afstand genezen worden. In het basis station is er ook een kaart die elke 90 seconden opnieuw ingeladen wordt en waarop alle vliegtuigen te zien zijn. Elke dag zijn er verschillende vliegtuigen die uitvliegen en telkens hebben ze de nieuwste technologiën aan boord om de mensen te kunnen helpen. Als ze een oproep krijgen voor een slangenbeet zorgen ze ook altijd dat ze dadelijk het antigif mee hebben. Nadat ik een aantal vragen gesteld heb, vraagt de medewerker of ik in de zorgsector werk, maar ik ben gewoon geïnteresseerd in hoe alles werkt. Echt wel sjiek dat ze dat blijven doen. Als je een oproep doet op de flying doctors is het ook gewoon gratis voor Australiërs (het wordt gedekt door het systeem hier) en ook voor toeristen wordt het gewoon door de reisverzekering geregeld. Alle medewerkers en hun 7 miljoen dollar vliegtuigen worden betaald door donaties.
Iets voor 5 uur wordt ik met een vriendelijke glimlach buiten gejaagd want ze willen sluiten. Dan ga ik maar naar de supermarkt voor wat eten voor de volgende dagen en via een wandeling door het park terug naar mijn hostel. In het park zie ik nog wat papegaaien en andere vogels en ook een goanna in de verte. Ik had dus eigenlijk niet naar het reptielen centrum moeten gaan, die beestjes zitten hier gewoon ook in de vrije natuur. Ik hoop wel dat ik niet teveel van de slangen ga tegen komen, want daar ben ik iets minder fan van. Zeker aangezien ze mij in het reptielen centrum de meest giftige slangen aangeduid hebben en op het kaartje van hun voorkomen Alice Springs en omgeving in kleur aangeduid was... Terug in de hostel eet ik mijn avondeten en geniet ik van het feit dat het begint af te koelen met een glaasje witte wijn. Af en toe mag ik mezelf eens verwennen hé. Daarna rugzak klaar maken om morgen een hele dag rond te lopen in het desert park.

Alice Springs: dag 2: Desert Park

In dit hostel is er gratis ontbijt. Het woord "free" is echt geweldig in de backpackers wereld. Gisteren heb ik via de receptie deze dag geboekt. Om 8u heb ik een pick-up om naar Desert Park te gaan. Om 5 voor 8 sta ik dus met een rugzak vol met eten en drinken en ingesmeerd met zonnecrème aan de poort klaar voor de bus. Als de bus er om kwart na 8 nog altijd niet is, ga ik terug binnen in de hostel om naar het kantoor van de pick-up bus te bellen. Daar blijkt dat mijn reservering niet doorgekomen is, dus boek ik dadelijk de volgende bus om 11u30. Om de voormiddag op te vullen ga ik naar de lounge om een DVD te kijken. Iets later komt de receptioniste binnen met de melding dat ze vergeten is om mijn reservering voor de bus te faxen... Achja, kan gebeuren. Om 11u30 sta ik dus terug buiten aan de poort te wachten op de bus. En na nog een andere pick-up (met 2 mensen van Leuven!) rijden we verder naar het Desert Park. Doordat we pas 's middags daar zijn hebben we al een deel van de shows gemist, maar gelukkig zijn er ook nog een aantal in de namiddag.
Elk uur wordt er een video getoond met de uitleg hoe de woestijn ontstaan is (en eerst hoe de aarde en Australië ontstaan is) en hoe de Aboriginals leefden en hoe de fauna en flora nu verwoest wordt (onder andere doordat Europeanen planten en dieren hebben geïntroduceerd die alles een beetje overgenomen en verwoest hebben). Tussen de shows in loop ik gewoon rond in het park. Daar staan regelmatig borden met uitleg over het leven van de Aboriginals en hoe zij het land en de planten gebruikten. Voor de rest zijn er vooral veel vogels, zowel wilde in het park als in kooien. Hier in Australië hebben ze in de meeste zoo's en parken een fijn systeem voor hun vogelkooien. Met een groot net wordt er een ruimte afgespannen en via een sluis-syteem (zodat de vogels niet weg vliegen) kan je gewoon tussen de bomen en vogels rond lopen. Aan het begin van de ruimte staat er een bord met alle vogels die er zitten en dan kan je gewoon zelf beginnen zoeken welke waar zitten. Iets later is er een rondleiding in het Nocturnal house. Hier hebben ze alle nachtdieren zitten en om te zorgen dat de mensen de dieren in hun natuurlijk gedrag kunnen zien hebben ze dag en nacht omgedraaid. De kooien zijn verlicht met een zacht licht om de schemering na te bootsen. Onze gids geeft wat uitleg over een aantal dieren en hoe het komt dat de Mala uitgestorven is in het wild. De mala is een kleine wallabie die in de woestijn leeft in een hol onder het gras. De Europeanen hebben katten mee gebracht naar Australië en de mala is van nature uit nogal nieuwsgierig en dus een makkelijke prooi. En blijkbaar als een kat eenmaal een soort prooi geproefd heeft, blijven ze datzelfde vangen tot ze het niet meer kunnen vinden. Hierdoor is de hele mala-populatie uitgeroeid. De dingo's hebben gelukkig een gevarieerd dieet en zullen dus hun prooien wat afwisselen waardoor zij geen gevaar zijn om diersoorten uit te roeien. Ook een soort muis is niet meer te vinden in het wild, maar dat is doordat de mensen hun bomen vernietigd hebben... Soms denk ik echt dat de wereld beter af was voordat de mensen kwamen.
Na nog wat rond gelopen te hebben ga ik naar de Free Flying bird show. Deze keer is het niet gratis (alhoewel, het is inbegrepen in mijn toegangsticket) maar het zijn vrij vliegende vogels. Met de bijhorende uitleg over hun gedrag, eten en verspreiding. Iets later komt de shuttle bus ons weer oppikken, al heeft hij wel de bus gewisseld voor een auto aangezien we maar met 3 waren. Terug in de hostel heb ik avond eten en daarna moet ik mijn spullen inpakken.
Morgen vertrek ik voor een 3-daagse tour door het echte centrum van Australië: The outback. Met een pick-up om 5u20 wil ik zorgen dat mijn rugzak op voorhand klaar is en ik laat mijn grote bagage hier dus die moet ik ook de avond op voorhand klaar hebben en in de bagageruimte zetten. Na nog een laatste keer mijn rugzak nagekeken te hebben kruip ik op tijd mijn bed in.

Uluru: dag 1

Om 5 uur 's ochtends is de receptie natuurlijk nog niet open, dus leg ik mijn lakens gewoon in de mand voor de receptie en mijn sleutel op het schap. Het gratis ontbijt in de hostel is al beschikbaar vanaf 4 uur (ze weten hier dat de meeste tours al vanaf 5 uur oppikken), dus kan ik daar nog even gebruik van maken. Na nog een aantal andere pick-ups rijden we naar Ayers rock resort (450 km van Alice Springs). Daar mogen wij al even genieten van het zwembad, terwijl onze gids naar de luchthaven gaat, om de rest van de groep op te pikken. Resort klinkt heel sjiek, maar wij hebben gewoon een shelter met tafels en banken om te eten en dan een groot zand-terrein waar we vanavond gaan slapen. Midden tussen alle shelters is er een groot gebouw met WC's en douches. En iets verder is er een zand-duin met een uitzichtspunt over het gebied waar we even gaan kijken voor we in het zalig koude water springen.
Als onze gids een uur later terug komt met de rest van de groep, moeten we jammer genoeg het zalig frisse water achter laten om naar Uluru te gaan. Daar stoppen we eerst in het culturele centrum waar er heel wat uitleg is over de Aboriginal cultuur en dan speciaal over het leven rond Uluru. In het centrum zelf mogen geen foto's trekken uit respect voor de Aboriginals, wat wel een beetje jammer is. Na wat gelezen en gezien te hebben van de Aboriginals gaan we naar Uluru zelf om een korte wandeling te doen. Doordat we pas in de late namiddag daar zijn is het te warm om de volledige tour rond de rots te doen, dus doen we gewoon 2 korte wandelingen. De eerste (Kuniya walk) is een deel van de basiswandeling rond de volledige rots, maar volgens onze gids wel het mooiste gedeelte. Daarna doen we de Mala walk met uitleg van onze gids over hoe de Aboriginals de planten gebruiken en verhalen over hun leven op, in en rond Uluru. Zo zijn er verschillende grotten: 1 waar de kinderen en ouderen blijven terwijl de anderen gaan jagen, 1 voor de keuken, een kleinere rots waar de ouderen verblijven terwijl er een ceremonie bezig is, ... Al deze grotten zijn gevormd door de "digging mole" toen die zag dat de Mala aboriginals naar de rots kwamen. Dat is toch het verhaal van de Aboriginals. Uluru is een grote massa zandsteen die miljoenen jaren geleden door tektonische activiteit uit de grond geduwd is (en 90 graden gedraaid is). Door erosie van water en wind is de rots verder gevormd en ook doordat vroeger de zee tot aan de rots kwam. De meeste grotten zijn dan ook in de vorm van een golf, doordat het echt door golven uitgesleten is. Tijdens de wandeling tekent onze gids ook nog een aantal typische tekeningen van dieren en gebeurtenissen in het zand om aan ons te tonen. Zo zijn er verschillende soorten sporen van dieren (2 poten naast elkaar is voor een kangoeroe, 2 poten met een beetje afstand is een emoe, ...). Tijdens deze wandelingen draag ik een vliegennet over mijn pet. Ik weet dat het er echt belachelijk uit ziet, maar het is beter dan alle vliegen die in mijn ogen, oren en neus vliegen. Alle anderen zitten zich constant te ergeren aan alle vliegen en ik kan tenminste genieten van de wandeling.
Na de wandeling rijden we iets verder weg om vanop een parking naar de zonsondergang te kijken. Door de zonsondergang verandert de kleur van Uluru beetje bij beetje (maar ook de zonsondergang zelf is heel mooi). Ondertussen maakt onze gids ons avondeten klaar. De bus waar we deze 3 dagen in rondrijden heeft alles: in een grote trailer zit onze bagage, bovenop de trailer liggen onze swags (slaapzakken met een matrasje in zodat je uw bed mee hebt) en achteraan in de trailer zit al het eten voor 3 dagen en alles om het klaar te maken: een gasfles, 3 gasvuren, kookpotten, ... Aan de trailer zelf hangt ook nog een opplooibare tafel die we gebruiken om alle spullen op te zetten. Nadat we gegeten hebben en de zon helemaal onder is, pakken we alles terug in en rijden we naar onze kampplaats. Daar toont onze gids hoe we de swag moeten gebruiken. Op de trailer liggen gewoon allemaal opgerolde swags. Gelukkig is het niet te ingewikkeld: gewoon uitrollen en met 2 ritsen kan je de swag opendoen. Meestal zit er nog wat zand in van de vorige nacht, maar als je de matras er even uit neemt, kan je dat makkelijk uitschudden. Daarna leg je nog een slaapzak erin, moest het te koud worden 's nachts en kruip je in je swag. We blijven nog even in de shelter zitten om nog wat te praten, maar daarna kruipen we toch allemaal in de swag, zeker aangezien we morgen om 4u20 gewekt worden. Midden in de nacht regent het een paar druppen, maar door wat dieper in de swag te kruipen is dat geen probleem. De volgende ochtend hoor ik dat sommige mensen een dingo hebben gezien, maar doordat ik met oordopjes en een slaapmasker slaap, heb ik niets gezien of gehoord.

Uluru: dag 2

Blijkbaar slaap ik ook heel goed in die swag, want ik merk niets als iedereen om 4u20 begint op te staan. Gelukkig merkt de persoon naast mij dat, want ze proberen mij wakker te maken (achteraf hoor ik dat dat pas na 10 minuten lukte). Als iedereen aangekleed en ingepakt is, vertrekken we terug naar de parkeerplaats waar we gisteren de zonsondergang gezien hebben, om nu de zonsopgang achter Uluru te bekijken. Daar hebben we ook ontbijt met een broodrooster op gas: gewoon een metalen ding, dat je over het gasvuur zet en waar je aan de 4 kanten een boterham kan inschuiven: 15 seconden aan de ene kant, 10 seconden aan de andere kant en klaar! Volgens onze gids Alec is het een "late-for-work-toaster" doordat het zo snel gaat. Ondertussen kijken we naar de zon die opkomt achter Uluru. We zijn niet de enige tour die hier komt kijken naar de zonsopgang en 1 van de andere gidsen zet de muziek van "Circle of Life" van de Lion King op. Perfect voor dit moment!
Na de zonsopgang rijden we verder naar Kata Tjuta, een hoop rotsen iets verderop. Daar krijgen we eerst nog wat uitleg over de geologie en het ontstaan van alle rotsen hier en daarna starten we de wandeling door de valley of the winds (met een zalig windje hoe hoger we gaan en zeker op het uitzichtspunt). Vandaag is het "maar" 36°C wat de wandeling iets aangename maakt. Alle wandelpaden in het Uluru-Kata Tjuta national park hebben permanente of digitale borden om de paden af te sluiten als het te warm wordt. Ze raden iedereen aan om de wandeling vroeg te starten en als de temperatuursvoorspelling hoger is dan 36°C dan worden de paden afgesloten na 11 uur. Voor de rest staan er overal waarschuwingsborden dat je verantwoordelijk bent voor je eigen veiligheid. Ze raden je aan om 1l water te drinken per uur en aan het begin van elke wandeling (en soms halverwege) is er drinkbaar water beschikbaar. Het enige nadeel is dat door de warmte het drinkwater ook warm is.
Na de wandeling gaan we terug naar de shelter waar we de nacht doorgebracht hebben om te lunchen (wrap met groenten, hesp en tonijn). Daarna krijgen we nog een uurtje tijd om te genieten van het zwembad met zalig fris water. Daarna stappen we terug op de bus voor een paar uur (de afstanden hier zijn ook weer ver). Onderweg stoppen we nog bij een winkel waar we fris drinken kopen voor 's avonds en een zak ijsblokjes om het koud te houden in een frigobox. Iets verderop stoppen we nog bij een zandduin met uitzicht over Fuluru (oftewel Mount Conner) en Salt lake. Die rots is de eerste die je ziet als je vanuit het Noorden komt en lijkt enorm op Uluru, behalve dan dat deze een tafelberg is en dus een andere vorm heeft. Deze berg is privé eigendom van een boerderij in de buurt en is niet open voor toeristen. Aan de andere is er een grote zoutvlakte. Vroeger toen de zee tot in het centrum kwam, heeft die al het zout achter gelaten. Nu is het meer volledig droog, maar zeker met de zon erop, lijkt het alsof het water is. Nadat we een aantal foto's getrokken hebben, rijden we iets verder tot onze gids plots stopt langs de kant van de weg met de melding dat we hier hout gaan verzamelen. Het klinkt alsof we gewoon afgevallen takken gaan oprapen, maar onze gids stapt naar een dunne boom en na er een beetje tegen geduwd te hebben, komt die los uit de grond (alles is hier gewoon zo droog). De kleine takken aan de zijkant trekt hij er nog af en dan is het aan ons om hetzelfde te doen. Na een klein half uur en bloed, zweet en tranen hebben we genoeg hout voor het vuur. Oké, geen tranen, maar wel wat bloed en wonden door de scherpe takken. Gelukkig is het maar een half uur tot de camping waar we vanavond blijven en waar we onze wonden kunnen uitwassen. Daarna maken we een open vuur met het hout dat we verzameld hebben en koken we chili con carne. Dit is de eerste keer dat ik op een open vuur kook. Nadat het vuur wat geminderd is, neemt onze gids een schep van verbrand hout en daarbovenop zet hij de kookpot met de rijst en op een andere de wok met de groenten. Dan wisselen we af om om beurt in de wok te roeren. Doordat het vuur vlak achter de pot nog volop aan het branden is, is het een beetje warm om te lang daar te blijven zitten. Na het eten, stoken we het vuur nog een beetje hoger op (niet voor de warmte, maar omdat het gewoon mooi is om te zien). Daarna zitten we nog wat rond de tafel te praten voor we weer in onze swags kruipen.

Uluru: dag 3

Onze 3e dag begint om 4 uur 's ochtends zodat we na het ontbijt om 5u30 aan onze wandeling langs en op Kings Canyon kunnen beginnen. We meoten hier ook weer vroeg beginnen, voordat het te warm is. Het eerste stuk van de wandeling is "Heartattack hill" omdat er al heel wat mensen een hartaanval gehad hebben, doordat ze de wandeling dezden toen het te warm was. Het is inderdaad een zware berg met ongelijke trappen, maar met af en toe te rusten, geraken we allemaal boven. Eens we boven zijn, begint de zon op te komen en kunnen we des te meer genieten van het prachtige uitzicht. Na een aantal rustpauzes om te drinken en foto's te trekken, komen we iets verder nog lang de "garden of Eden" waar er heel wat planten groeien. Daarna klimmen we terug naar boven om aan de andere kant terug naar beneden naar de bus te gaan.
Na nog wat gerust te hebben stappen we terug in de bus om weer een aantal honderden kilometers af te leggen met onderweg sanitaire stops en bij een tankstation hebben we lunch (de overschot van de groenten en wraps en de chili con carne). Van daaruit rijden we verder naar een camel farm waar we een kamelenrit kunnen doen. Niet gewoon het stomme rond stappen zoals het meestal is, maar hier lopen ze echt met de kameel wat het wel leuk maakt. Daarna stappen we terug in de bus voor het laatste stuk terug naar Alice Springs. Op 30 km van Alice, stopt onze chauffeur ineens weer omdat er een probleem is met de achter-binnenste-band. Als iedereen uit de bus is, moet hij in de hitte de band vervangen. Doorheen deze 3-daagse trip had onze gids een waterpistool waarmee hij ons regelmatig nat spoot na een wandeling. Doordat het rond de 40°C is, maakt het allemaal niet uit, want het droogt dadelijk op. Nadat onze gids de band vervangen heeft, neem ik het waterpistool uit de bus om hem een verfrissing te geven die hij met plezier ondergaat. Daarna stappen we terug in de bus en na een groepsfoto aan de "Welcome to Alice Springs" steen worden we allemaal om beurt afgezet aan onze hostels.
's Avonds hebben we nog met heel de groep afgesproken om samen te eten en gewoon nog een laatste avond samen door te brengen. Dus na een zalige douche en nog wat rust, kleed ik mij om om samen met Angèle (een Frans meisje van de tour dat in dezelfde hostel verblijft) naar de plaats van afspraak te wandelen. Daar eten we samen, genieten we van de live muziek en wat drankjes. Een aantal van de mensen vliegen morgen ook naar Melbourne, dus die zie ik dan terug, maar voor de rest nemen we afscheid van elkaar. Dat is het vreemde aan de tours die ik doe. Voor een aantal dagen spendeer je de hele dag samen en op het einde neem je afscheid en zie je elkaar nooit meer... Na onze gids nog even dag te zeggen, krijg ik nog een knuffel en daarna ga ik terug naar mijn hostel.
Vannacht slaap ik terug in een gewoon bed, maar mijn lichaam is nog ingesteld op het vroege opstaan, dus word ik wakker rond 5 uur. Na nog wat verder geslapen te hebben, sta ik op om mijn valies in te pakken, want om 9u45 pikt de shuttle bus mij op om mij naar de luchthaven te brengen. Daar zie ik een aantal mensen van de tour nog eens en na het inchecken en een tijdje te wachten, mogen we op het vliegtuig. De luchthaven hier is nogal klein en dus moeten we gewoon zelf naar het vliegtuig wandelen en via de trap instappen. Een aantal uur later (en met een tijdsverschil van 1,5 uur) komen we aan in Melbourne, waar ik afscheid neem van de mensen van de tour die ook naar Melbourne gevlogen zijn, waarna ik op de Skybus stap naar het centrum van de stad. Daar wacht ik een klein uurtje in een reisbureau tot de eigenares van de B&B terug is van haar werk. Na het inchecken, start ik mijn was en na het eten ga ik al even naar de winkel voor was basis eten voor de volgende dagen. Straks nog even op en af naar de luchthaven om Tim op te pikken.

Foto’s