Tasmanie

15 november 2014 - Hobart, Australië

Gisteren hebben we nog een laatste keer rustig uitgeslapen, daarna ingepakt om rond de middag naar de luchthaven te vertrekken. Daar was er heel veel volk aan het aanschuiven, gelukkig hadden we wat extra tijd, maar het was dus wel een uurtje wachten en langzaamaan opschuiven. Daarna door de douane controle (die hier eigenlijk niet veel voorstelt, want binnen Australië mogen we vloeistoffen mee nemen) en dan in de terminal zelf nog een klein uurtje wachten. Tussen het zitten in, even de benen strekken voor iets van eten te halen en nog even naar de WC en daarna mogen we op het vliegtuig. Het is wel een grote luchthaven hier in Melbourne, maar blijkbaar zijn de goedkope nationale vluchten toch maar gewoon in een kleine terminal en moeten we te voet en via de trap op het vliegtuig. 1 uur en 15 minuten later landen we in Hobart, de hoofdstad van Tasmanië en een shuttle bus zet ons iets later voor de jeugdherberg af. Alhoewel, normaal gezien zou hij ons voor de jeugdherberg moeten afzetten (dat bevestigt onze receptioniste iets later ook), maar onze chauffeur was nogal lui en dus zet hij ons en nog 2 andere mensen 2 blokken verder af met instructies van hoe we moeten lopen. Na het inchecken gaan we naar de winkel voor avondeten en na het eten moeten we onze bagage een beetje herschikken. We moeten kledij voor 5 dagen mee nemen op de tour, maar de rest van de bagage blijft in de hostel, maar die moet wel voor 22u in de opslagruimte gezet worden. Daarna kruipen we op tijd bed in want morgenvroeg komen ze ons om 7u ophalen.

Tasmanie: dag 1

Van bij onze hostel vertrekken we samen met 7 andere mensen, dus kunnen we al dadelijk beginnen met namen te oefenen. Om 10 na 7 komt onze buschauffeur ook en dus kunnen we uit de kou in de bus stappen om de andere mensen op te pikken. Daarna vertrekken we uit Hobart en iets later stoppen we bij onze eerste stop in Mount Field National Park voor een eerste wandeling. Het is nog een beetje frisjes, maar van het wandelen krijgen we het gelukkig warm. De wandeling heet "Tall tree walk" en de bomen zijn inderdaad groot (de hoogste zijn tussen 70 en 90 meter). De wandeling loopt ook nog langs de Horseshoe en de Russel falls, 2 mooie watervallen. Daarna blijven we nog even in het café om verder op te warmen met een warme chocolademelk.
Omdat we vandaag de grootste afstand moeten afleggen, gaan we iets later toch weer verder op weg. Een eerste stop is om lunch te kopen in een supermarkt in een klein dorpje en daarna rijden we verder om het eten op te eten met uitzicht op het prachtige Lake St Clair. Hier is de laatste dagen een slang gesignaleerd, dus letten we wel een beetje op. Wij hebben er geen gezien, maar iets later horen we van iemand anders op de bus dat er iets verder op het strand wel een gezien is, maar zoals de meeste slangen, kroop deze ook dadelijk weg. Na een lange kronkelweg door de bergen komen we aan bij een uitzichtspunt over surprise valley. Blijkbaar hadden de eerste ontdekkers van Tasmanië geen vallei verwacht en dus was het een verrassing (de naamgeving is hier vaak nogal eenvoudig). Na een korte foto-stop kronkelt de weg verder de vallei in en daar doen we een korte wandeling langs Franklin en (wait for it...) de Surprise river. Het is in ieder geval wel een hele mooie wandeling door het bos en langs de rivieren (en een stukje vlak langs de rivier over de rotsen) met alleen het geluid van de kabbelende rivier en de vogels. Ideaal om tot rust te komen.
Omdat we op de kleine wandelingen goed hebben doorgewandeld, hebben we nog even tijd om nog een korte tussenstop te doen bij de Nelson falls (een waterval van 35m hoog). Daarna stoppen we in Queenstown om eten te kopen en even te genieten van de oude gebouwen. Daarna rijden we nog de laatste 30 km via een kronkel weg en dan komen we aan in Strahan waar we inchecken in de hostel en daarna genieten van een heerlijke BBQ. In de lounge ruimte van de hostel ontdekken we iets later nog een pooltafel en een juke-box. Een werkende jukebox zelfs! Wel met CD's en 1$ per liedje, maar toch is het wel geweldig! Ik steek er dan ook een paar dollar in om van een aantal lange liedjes te genieten (ik wil wel waar hebben voor mijn geld!). Daarna kruipen we bed in, want morgen is het weer vroeg opstaan.

Tasmanië: dag 2

Voor deze dag hebben we keuze tussen een wandeling in het regenwoud van 3 uur ofwel een cruise met verschillende kleine uitstappen met cultuur, natuur en gastronomie (een uitgebreid lunchbuffet en dus ook wel extra bij betalen). Ik heb al vaak wandelingen in het regenwoud gemaakt, dus ik kies voor de cruise, terwijl Tim met de andere jonge mensen gaan wandelen (ik zit op de cruise opgescheept met alle 40+ers). Als we de haven uitvaren begint de kapitein al dadelijk met een levendige en interessante live commentaar. Aan de andere kant van de haven komen we aan Hells Gate de enige toegang van de oceaan naar de baai. De opening is maar 80m breed en is dus wel een beetje moeilijk te vinden. Aan de andere kant van een eilandje lijkt ook wel een toegang te zijn maar daar zijn alleen rotsen en zandbanken. De opening is zo genoemd door de convicts, want voor hun was het een gate naar de hel, want ze werden naar Sarah island gebracht (wat we later nog bezoeken). We varen een klein beetje de oceaan op, maar daarna draait de boot om en gaan we terug de haven in, waar we naar de fish farms gaan kijken. In grote netten kweken ze zalm en forel. Ze worden 2 keer per dag gevoerd en door netten bovenop worden ze afgeschermd van vogels en zeehonden. Duikers gaan dagelijks naar de bodem van de netten om de dode vissen op te rapen. En als de vissen groot genoeg zijn, worden ze via een stofzuiger-achtig systeem opgezogen, van het leven beroofd en in een container met ijswater worden ze terug naar land gebracht. Daar gaan ze dadelijk op een truck en naar een verwerkings bedrijf. Na de fishfarms varen we verder naar Sarah Island waar de convicts naartoe gebracht werden. Hier was er een hele stad gebouwd met allerlei gebouwen voor de verschillende beroepen zoals dokters, bakkers, ... Maar de meeste convicts werden verplicht om boten te bouwen. Om die boten te bouwen hebben ze alle bomen op het eiland omgehakt, maar toen merkte ze ineens dat er heel veel wind waaide op het eiland (wat altijd werd tegen gehouden door de bomen) en dus hebben ze een groot windscherm gebouwd rond het eiland. De convicts werden niet goed behandeld (regelmatig kregen ze zweepslagen met een leren zweep) en dus was er regelmatig een opstand, waarbij ze soms de boten saboteerden. Na een aantal wissels van officieren, kwam er iemand van Schotland die gewoon goede boten wou bouwen. Toen is er voor de eerste keer ooit een onderhandeling geweest tussen de botenbouwers en hun baas en dus werd de zweep afgeschaft en kregen ze goed eten. Op dit eiland krijgen we uitleg van een gids die de verhalen heel levendig vertelt, wat ik wel kan appreciëren. Was mijn geschiedenis leraar vroeger maar zo entertainend... Terug op de boot krijgen we ons lunch buffet met zalige gerookte zalm en een uitgebreide keuze van salade...
Tijdens onze lunch vaart de kapiteit terug door de haven en dan stroomopwaarts op de Russell rivier. Na een aantal bochten stoppen we, vlak na een regenbui, voor een wandeling door het regenwoud met huon pine trees. Die bomen groeien 1 mm per jaar, maar kunnen tot 3000 jaar en ouder worden, dus uiteindelijk zijn ze wel gigantisch groot. Eerst komen we langs een boom die 15 jaar geleden omgevallen is. Door hun grootte, zijn ze ook zwaar, maar de grond is maar 1 meter diep voor er dikke rotsen zijn, dus zijn de wortels niet echt stevig en uiteindelijk vallen de bomen gewoon neer door hun gewicht. Op een platform is er ook een doorsnede van 1 van de bomen tentoongesteld waar de jaarringen geteld zijn tot 695 jaar. Zoals altijd worden omgevallen bomen niet verwijderd uit de nationale parken, maar laten ze gewoon de natuur zijn gang gaan. Iets verder zien we dan ook een jonge pine tree van 70 jaar oud (10 cm doorsnede, 3 meter hoog) die op een omgevallen boom groeit.
Op de terugweg terug naar de haven en terug naar Strahan komen we nog langs een klein eiland waar de vrouwelijke convicts zaten. Veel uitleg heb ik er niet van gekregen, maar het klinkt alsof ze daar gewoon afgezet werden en maar moesten zorgen dat ze overleefden. Terug aan land bezoeken we nog een oude zaagmolen waar het hout van de grote huon pine trees in stukken gezaagd wordt en verder verwerkt tot onder andere houtsnijwerkjes. Daarna sluit de groep van de cruise weer aan bij de wandelgroep en gaan we samen naar de Henty dunes. Dat zijn grote zandduinen, vlakbij de oceaan. De duinen schuiven landinwaarts door de wind en uiteindelijk worden de bomen verstikt door het zand en dan blijft er alleen een stompje van de stam over, dat uiteindelijk wegrot. Via een steile zandhelling komen we terug aan bij de bus, met onze schoenen vol zand. Daarna hebben we nog een laatste stop bij Ocean beach om een beetje uit te waaien.
Op de cruise boot maakte ze reclame voor een open-lucht theater in Strahan (waar we verblijven) waar ze elke avond het verhaal spelen van "The ship that never was". Dat verhaal gaat over 10 convicts die van Sarah Island ontsnapt zijn door een schip dat ze zelf gebouwd hebben. Ze zijn ontsnapt, helemaal naar Chili gevaren, maar daar zijn er 2 toch terug opgepakt en terug naar Tasmanië gebracht. Terwijl ze in de cel wachtten op hun terechtstelling heeft 1 van de 2 het hele verhaal neergeschreven in zijn dagboek, dat nu nog altijd bijgehouden wordt in een museum in Hobart. 20 jaar geleden heeft iemand dat verhaal opgeschreven in een boek en hebben ze er hier een theater stuk van gemaakt dat nog altijd gespeeld wordt en daarmee het langst spelende theaterstuk van Australië is (en misschien ook van de wereld). Er zijn maar 2 acteurs, maar ze spelen het heel losjes en interactief, want ze hebben heel veel bijrollen nodig uit het publiek. De andere 8 convicts die bij op het schip zaten en de oorspronkelijke kapitein van wie ze het schip eigenlijk gestolen hebben. En dan hebben ze nog de grappige bijrollen voor een kat en een papegaai (waarvoor ze mij uitkozen). De papegaai was eerst gewoon een handpop, dus was ik al blij dat ik gewoon op mijn plaats mocht blijven zitten. Maar op het moment dat het schip af was (best wel mooi gedaan met allemaal stukken die in elkaar pasten om van niks naar een schip te gaan), moest ik ineens aan boord komen en hadden ze een groot kostuum dat ik moest aandoen met vleugels. Achja, allemaal grappig en wel, we hebben ons allemaal goed geamuseerd. Na de acteurs een daverend applaus gegeven te hebben, gaan we terug naar de hostel waar we iets eten, dan nog een douche nemen om op te warmen (het is hier echt niet zo warm in Tsmanië...) en daarna bedje in, want morgen wordt het weer vroeg opstaan en lange busritten.

Tasmanië: dag 3

Vroeg opstaan is deze keer om 6u30 om rond 7u30 te vertrekken met eerst nog een korte tussenstop in de supermarkt om lunch te kopen. Daarna rijden we verder naar Cradle Mountain National Park waar we een keuze krijgen uit verschillende wandelingen. De grote wandeling die onze gids normaal gezien met ons wou doen, kunnen we niet doen doordat het vandaag te winderig is. De wandeling gaat naar een lookout op Cradle mountain, maar doordat het ook te bewolkt is, zouden we niets zien van op de lookout. Gelukkig is er een andere grote wandeling rond Dove Lake in de Cradle vallei. De iets oudere mensen zetten we af aan de shuttle bus halte waar ze met de shuttle bus door het national park kunnen rijden en afstappen aan eventueel een korte wandeling ofwel bij het bezoekers centrum waar ook een café is. De wandeling rond het meer duurt een 2-tal uur, maar doordat het goed aan het waaien is en bijna constant een beetje aan het regenen, stappen we toch goed door. Af en toe komen de handen uit de zakken om een foto te trekken, maar met de koude wind, gaan die toch ook snel weer in de zakken. Ondanks het druilerige weer is het wel een hele mooie omgeving met het meer aan de ene kant en bergen en bossen aan de andere kant. Heel af en toe komt de zon er een beetje door wat het nog wat mooier maakt, maar meestal moeten we dat er zelf bij denken. De bergtoppen zitten in de wolken, dus dat uitzicht valt wel een beetje tegen, maar op het einde van de wandeling kruipt het pad een beetje omhoog, waardoor we toch een prachtig uitzicht hebben over Dove Lake. Als we terug aan de bus zijn, eten we de lunch op die we eerder gekocht hebben, terwijl we naar het bezoekerscentrum rijden om de niet-wandelaars op te pikken. Onderweg stoppen we nog even bij Ronny Creeks waar we 3 wilde wombats zien. Echt wild zijn ze niet meer, want er zijn elke dag mensen die daar stoppen, dus ze storen zich niet echt aan ons. 1 van de wombats zit zelfs vlakbij het pad gras te eten en kijkt amper op of om waardoor wij mooie close-ups hebben.
Als we allemaal terug op de bus zitten, rijden we naar Sheffield, een klein dorpje waar ze grote muurschilderingen hebben. Elk jaar is er een wedstrijd voor het mooiste schilderij. Om makkelijker te vergelijken staan ze allemaal op houten platen geschilderd en uitgestald in het park waar het publiek ook gewoon mag stemmen. Ook zijn er een aantal permanente schilderingen op een aantal gebouwen. Iets verder stoppen we nog bij Ashgrove cheese farm om een beetje kaas te proeven en te kopen. Naast kaas hebben ze nog een heel aantal melk- en in het algemeen lokale producten. Dus met een ijsje in de hand kijken we nog wat rond in de winkel waar ik een Tasmaans biertje koop om vanavond te proberen.
Een klein uurtje later komen we aan in Launceston waar we eerst een rondleiding krijgen door de stad en daarna worden we afgezet aan ons hostel. Daar wordt er een beetje gediscussieerd over wat we gaan doen voor eten. Eerst is iedereen nogal lui dus wordt het plan opgevat om gewoon de stad in te gaan en daar in een restaurant te gaan eten. Maar terwijl we proberen het verzameluur aan iedereen door te geven, komt er iemand anders af met het idee om samen te koken. Greg van de Verenigde Staten wilt voor ons allemaal koken, we moeten gewoon bijleggen voor de boodschappen. En dat klinkt voor iedereen wel goed. Iets later zitten we dus allemaal rond de tafel met een bord voor jambalaya (ofzoiets). Na samen nog wat gezellig te praten, gaat iedereen een voor een richting kamer, want van wandelen en eten wordt een mens moe.

Tasmanie: dag 4

Vandaag hebben we een rustige dag. Gisteren hebben we 3 mensen afgezet die maar een korte tour hadden en vandaag pikken we eerst 1 iemand op en later nog 7 extra om met die nieuwe groep verder langs de Oostkust te reizen. Met die eerste extra persoon blijven we nog even in Launceston voor een korte wandeling door Cataract gorge, langs de rivier op, door de tuinen en dan over een mooie brug. Na nog een korte tussenstop voor koffie en een koekje rijden we verder naar een parkeerterrein waar we bussen wisselen en de mensen oppikken die alleen de Oostkust doen. Iets verder stoppen we nog even bij een supermarkt om wat eten te kopen dat we bij Cosy corner gaan opeten. Cosy corner is de naam van een strand, waar we 2 uur de tijd krijgen om onze lunch te eten, te genieten van de (brandende) zon, een beetje te klimmen op de rotsen en te zwemmen voor de liefhebbers, want het water is ijskoud. Daarna stoppen we nog even bij een ander strand met de naam Shelly point waar het vol ligt met schelpen. Na even wat rond gekeken te hebben, stappen we terug op de bus voor de laatste halte van de dag in Bicheno waar we gaan kijken naar een blow hole. Door de formatie van de rotsen komt de golf door de rotsen en splasht er een deel van het water omhoog. Afhankelijk van de kracht van de golf is dat gewoon een klein beetje water of een hele golf water (wat 3 mensen van onze groep gemerkt hebben toen ze iets te kort bij de rand stonden omdat ze tussen de rotsen wilden kijken). Af en toe worden er ook eens krabben mee opgegooid die je dan over de rotsen terug naar de zee ziet lopen. Iets verder in Bicheno komen we aan bij ons hostel, waar we na het uitpakken een wandeling ondernemen naar een grote rots op de heuvel achter de hostel. De wandeling zelf is al redelijk steil en met ongelijke trappen, maar de rots zelf is helemaal een uitdaging. Er staat een boom vlak naast met 3 takken geklemd tussen de boom en de rots waardoor je op de rots kunt klimmen. Het uitzicht is echt wel de moeite waard, maar het naar beneden klimmen is toch wel met enige schrik. Gelukkig staan de takken goed geklemd en komen we allemaal terug veilig beneden. In de hostel wordt er weer met een hele groep samen gekookt en na de afwas gaat iedereen richting kamer, want zelfs een rustige dag is vermoeiend...

Tasmanie: dag 5

Vandaag hebben we keuze van wandeling: medium, hard of avontuurlijk niveau. We gaan naar een bergketen en de opties zijn om tussen 2 toppen door te gaan naar een lookout (medium), van daaruit nog door te gaan naar het strand (hard) ofwel naar de top van 1 van de bergen te gaan (avontuurlijk). Voor de wandeling zien we nog wat "wilde" wallabies. Ze zijn zo gewend aan mensen doordat ze vaak eten krijgen (wat niet goed is), waardoor ze heel nieuwsgierig zijn en hun neus echt in de camera steken, wat wel prachtige foto's oplevert. Na een tijdje bij de wallabies rond gehangen te hebben moeten we toch beginnen met de wandeling, want de klim naar de top (en terug naar beneden) duurt in het totaal 3 uur. Met een groep van 12 jonge avonturiers beginnen we aan de wandeling, die iets verder overgaat in klimmen en hogerop is het eerder klauteren op handen en voeten. Met wat aanwijzingen en aanmoedigingen geraakt iedereen boven waar we een prachtig uitzicht hebben over Oyster bay, waar we vertrokken zijn, en Wineglas bay aan de andere kant van de berg. Daar rusten we even uit om te genieten van het uitzicht en dan beseffen we pas goed wat de woorden van onze gids betekenen: "there is 1 way up and the same way down". We moeten dus die steile rotsen die we op handen en voeten opgeklauterd zijn ook weer naar beneden. Nadat we nog even uitgerust hebben en we onszelf moed ingedronken hebben (met gewoon water) beginnen we aan de afdaling. Terug op handen en voeten (en kont) beginnen we krab-gewijs de rosten af te stappen. Sommige stukken is het gewoon stappen, andere stukken is het schuifelen en jammer genoeg ook af en toe schuiven (ik ben 3 keer onderuit gegaan). Onderweg naar beneden krijgen we ook een nog een kleine regenbui wat de rotsen nog iets gladder en gevaarlijker maakt. Als we na de rotsen het bordje zien van het begin van de berg zijn we toch blij dat we veilig terug beneden zijn. En dan is het nog een korte wandeling terug naar de bus.
Na die zware wandeling hebben we allemaal honger gekregen en zoals altijd op deze tour hebben we lunch met een prachtig uitzicht. Deze keer is het op Devils corner waar we uitzicht hebben over de heuvels met wijnranken en voor 5 dollar krijgen we ook de kans om de wijn te proeven die hier gemaakt wordt. Ook hier koop ik wel weer niets, wegens geen plaats en eigenlijk ook wegens niet zo lekker. De rode wijnen die ze hier maken zijn wel veel lichter dan de klassieke Franse rode wijn, maar ik ben er toch nog altijd geen fan van. Maar als je toch de kans krijgt om voor weinig geld de lokale wijnen te proberen, dan sla ik dat niet af.
De laatste stop van onze tour is degene waar ik het meeste naar uitgekeken heb: we gaan naar het Bonorong sanctuary. Hier vangen ze gewonde dieren op en de baby's (joeys) als er een moeder met kind wordt aangereden. Bij het binnenkomen heeft een van de medewerkers een joey in een buidel op zijn borst en bij de rondleiding krijgen we een baby-wombat te zien, die opgevangen wordt in een stoffen buidel. Iets verder morgen we een peuter-wombat, die al een beetje veel groter is, even aaien zodat we kunnen voelen hoe dik hun pels is (moet ook wel met het koude weer hier in Tasmanië). Na de wombats krijgen we een close-up van de tasmaanse duivels die hun 4-uurtje krijgen (een kuikentje). Ondanks dat het carnivoren zijn, vind ik ze toch nog altijd super schattig. Hier in het sanctuary proberen ze ook te kweken met de tasmaanse duivels, want door een kanker-tumor zijn de duivels in het wild aan het uitsterven. Er zijn nog discussie over hoe ze het gaan oplossen, want ze hebben nog geen medicijn gevonden. Eén van de opties die ze overwegen is om gewoon de duivels in het wild te laten uitsterven en daarna de duivels van de kweekprogramma's terug uit te zetten in het wild, zodat ze toch kunnen blijven bestaan. Tasmaanse duivels jagen zelf niet, maar zijn aasdieren, dus in het wild ruimen ze de karkassen op van dode dieren en dus ook van ongevallen op de weg, wat op zich wel handig is. Na een korte rondleiding krijgen we allemaal een zakje met korrels waarmee we de kangoeroes en de wallabies mogen gaan voeren. Zo schattig als ze met hun voorpootjes uw hand vasthouden terwijl dat ze de korrels op likken. Iets later gaan ze het sanctuary sluiten en moeten wij jammer genoeg ook vertrekken. Na nog een kort bezoek in het winkeltje, stappen we terug op de bus om verder te rijden naar onze eindbestemming in Hobart. Daar worden we terug afgezet in onze hostel. Na het inchecken, halen we de bagage terug uit de opslagruimte en na een deugddoende douche, maken we ons klaar om met heel de groep nog samen te gaan eten. Iets later komt ook onze gids er nog bij zitten en kunnen we nog wat napraten voor onze wegen weer scheiden. 5 dagen hebben we samen mooie dingen gezien, maar nu gaat weer ieder zijn eigen weg. En na iets later afscheid genomen te hebben, gaan we slapen, want morgen vertrekt onze vlucht naar Sydney.

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl

Foto’s